donderdag 23 februari 2012

donderdag, 23 februari 2012

Op de Kaap staat het vol met bordjes: Bavianen kunnen gevaarlijk zijn, niet voederen! Daardoor kreeg mama natuurlijk het idee dat er daar ergens bavianen waren en ze liep dan ook de hele tijd te zoeken. Maar neen hoor, geen enkele baviaan liet zich zien. Misschien had mama een banaan moeten meebrengen om ze te lokken. Maar vandaag is het dan toch gelukt om bavianen te zien: ze liepen gewoon de weg over, papa had er bijna een omver gereden!  Toen mama haar fototoestel had bovengehaald waren ze al in de bosjes verdwenen. Het afrikaans voor baviaan is trouwens ‘bobbejaan’.

We kwamen de bobbejanen tegen toen we terugkwamen van de Kango-grotten. Dat zijn enorm grote grotten onder de grond die je samen met een horde andere toeristen kan bezoeken onder leiding van een gids. Je gaat steeds dieper en dieper in de buik van de aarde en overal is het erg donker. Papa vond het erg interessant, mama vond het een beetje eng. Mama is er ook zeker van dat Moma het helemaal niet leuk zou vinden.

’s Middags gingen we eten in een restaurant aan de rand van een grote vijver en in die vijver zaten 6 nijlpaarden. We konden ze zien liggen, maar veel was er niet aan te zien, want nijlpaarden blijven de hele dag gewoon in het water liggen omdat hun dunne huid niet tegen de felle zon kan. Pas als de zon onder is komen ze op de oever om de hele nacht door gras te eten.

Er kwam toen ook een meneer langs met een slangetje dat hij had gevonden terwijl hij een auto herstelde. Mama wilde dat papa de slang even vastnam voor op de foto, maar papa durfde niet. In zijn buik zag je de vorm van een muisje opbollen, dat de slang met huid en haar had opgegeten. Gelukkig was ze te klein om mensen met huid en haar op te eten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten